Weet jij waar de messen liggen?

In een vakantiehuisje enkele weken geleden op Terschelling, vroeg mijn dochter van vijf, nadat ik op de eerste dag van onze vakantie redelijk achteloos een mes uit de bestekla pakte: “Mama, hoe weet jij dat de messen daar liggen?” Goede vraag. Hoe wist ik dat? Zo is dat nou eenmaal in de meeste keukens. Vaak is er één, niet zo hoge la, direct onder het keukenblad. En daar zit het bestek in. Dat is nou eenmaal handig gebleken, dus zo doen we dat. Een mooi voorbeeld van hoe de onzichtbare hand van de UX'er ons ook in de fysieke ruimte helpt.

Anna Offermans

Besteklade

Zo doen we dat

Net als wanneer we voor een online winkel een winkelmandje ontwerpen. Je wilt iets online kopen, stopt het in je winkelmandje, doorloopt een aantal voorspelbare stappen en enkele dagen later wordt het bezorgd. Waarom ontwerpen we die stappen zo en in die volgorde? Omdat dat handig is, zo doen we dat, niet te veel van afwijken, niet te veel ruis veroorzaken, want dan zou de koper nog wel eens voortijdig kunnen afhaken. Mensen willen heel graag herkenning, dat zit diepgeworteld in ons doen en laten.

Ook in de openbare ruimte kom je dit tegen. Heb je je wel eens afgevraagd waarom een perron op een treinstation er eigenlijk altijd min of meer hetzelfde uit ziet? De ruimte is beperkt en we willen dat de reiziger zonder al te veel gedoe kan instappen in de juiste trein. Er is een bankje, een informatiebord, een prullenbak, een roltrap en/of lift indien nodig, in een vooraf door de ontwerper gedefinieerd stramien. Als je geluk hebt is er een kiosk of iets wat daarop lijkt, maar verder niks bijzonders. Dit is hoe we dat doen. Want het werkt. Het geeft houvast. Het zijn patronen die we onbewust herkennen en waar we onbewust gebruik van maken.

Wordt wel erg saai en betekenisloos, niet dan?

Ja. Als we alles op die manier zouden benaderen wordt de wereld om ons heen erg voorspelbaar en saai. De kunst is om je bewust te zijn van waar en wanneer je mag -of beter gezegd – moet (!) afwijken van de bekende patronen. Voor de online winkel zijn dat de plekken waar de potentiële koper je digitale domein betreedt: op social media en op landing pages wil je laten zien wie je bent en wat je in huis hebt. Daar gaat het over merk, over inspiratie en het aansluiten op de leefwereld van je gebruiker. Hier krijgt je merk betekenis.

Op stations zijn dat typisch de plekken waar je binnenkomt (of naar buiten gaat), waar het gebouw over gaat in de omgeving. Daar spelen begrippen als identiteit, interactie, ontmoeting en een aangenaam verblijf een belangrijke rol. Steeds meer zien we op stations dat in het overgangsgebied van de directe stedelijke omgeving naar het meer functionele deel van het station een mix van functies wordt aangeboden. Het gebied is veelal ruim opgezet, het biedt overzicht en bewegingsruimte voor de reizigers, en tegelijkertijd wordt er op andere manieren betekenis gegeven aan het gebied door bijvoorbeeld ruimte te bieden aan tijdelijke culturele activiteiten. De plek krijgt zodoende betekenis voor de vele verschillende gebruikers; de reizigers, omwonenden, passanten en de mensen die er werken.

Een mix van functies in de publieke ruimte

Een mooi voorbeeld vind ik de IJ-hal aan de noordzijde van het Centraal Station in Amsterdam, ontworpen door Wiel Arets Architecten, waar het station in open verbinding staat met de nog in aanbouw zijnde veelbelovende boulevard langs het IJ. We zien dit bij steeds meer nieuwe gebouwen. De publieke (buiten-)ruimte loopt door in het gebouw, dat vervolgens meerwaarde krijgt door een betekenisvolle en verrassende invulling van die publieke ruimte. Een mooie ontwikkeling, die ervoor zorgt dat onze binnensteden weer meer aantrekkelijke plekken krijgen, waar mensen graag verblijven.

Voorbeeld station Amsterdam CS in open verbinding met de boulevard langs het IJ.

User experience in de openbare ruimte

Bij het ontwerp en de bouw van publieke ruimten en gebouwen heb je te maken met een breed scala aan opdrachtgevers en belanghebbenden. Bij Fabrique zijn we gespecialiseerd om in co-creatie met deze stakeholders het gebruik en de ervaring van openbare ruimtes te definiëren. We geloven in een kennis gedreven en methodische aanpak en kijken altijd naar de toekomst.

We onderzoeken de gebruikscontext en brengen die context in kaart door te observeren, te interviewen en workshops te organiseren met verschillende belanghebbenden zoals de omwonenden en bezoekers. We oriënteren ons op de (beoogde) gebruikers en passen technieken toe vanuit service design zoals de user journey map; we mappen de gebruikerservaring door de tijd, benoemen pijnpunten en doen aanbevelingen ter verbetering voor iedere stap die de gebruiker doorloopt. Oplossingsrichtingen testen we zoveel mogelijk in de uiteindelijke context met de beoogde gebruikers door het maken van schetsen of prototypes van karton of digitaal, net wat het beste werkt. En dit alles met de holistische kijk op ontwerp die we belangrijk vinden.

Of we nou ontwerpen voor het digitale domein of voor de fysieke wereld om ons heen; het blijft een steeds terugkerende zoektocht naar evenwicht tussen het voorspelbare en het verrassende. Waarbij de ervaring van de gebruiker altijd het startpunt is. En die bestekla, die zit prima daar direct onder het keukenblad.