Public Space Design op de Dutch Design Week

In de laatste week van oktober vond in Eindhoven de Dutch Design Week plaats. Wij bezochten onder meer het programma in poppodium de Effenaar over Public Space Design, onderdeel van het jaarlijkse Design Research & Innovation Festival dat wordt georganiseerd door CLICKNL en 4TU. Design United. Ik neem jullie graag mee in enkele hoogtepunten.

Anna Offermans

Foto publiek en spreker
Fotograaf: Kas van Vliet

Ritme in de fysieke ruimte

De ochtend werd afgetrapt door Pinar Sefkatli, werkzaam in de onderzoeksgroep Designing Rhythms for Social Resilience (UvA en TU Delft). Aan de hand van een onderzoek dat zij uitvoerde in de Bijlmer in Amsterdam illustreerde zij het concept ‘Rhythm Zones’, gebieden die een bepaald ritme volgen. Ritme in de fysieke ruimte, zoals gebouwen die samen een patroon vormen, maar ook bijvoorbeeld ritme in de tijd zoals bewoners die komen en gaan of vuilnis die op vaste tijden opgehaald wordt. Zo kunnen op basis van ritmes verschillende zones onderscheiden worden, zoals domestic zones, commercial zones, green zones en transitionary zones. Door de zones te mappen kom je tot interessante inzichten, die kunnen helpen bij het maken van ontwerpbeslissingen.

Heel interessant om te zien hoe de aan- of juist afwezigheid van ritme helpt een gebied te doorgronden. Wat ik me afvraag: zou deze methode in ons toch behoorlijk gestructureerde land beter werken dan in andere, minder aangeharkte landen? Kunnen we in dit geval Nederland vergelijken met de muziek van Bach? En hoe gaat dat dan in het land van een impressionist als Debussy?


Beleving beïnvloeden

Gamze Dane, Universitair Docent Digitale Stadsontwikkeling bij de faculteit Bouwkunde van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) vertelde over haar onderzoek naar de mate waarin verschillende elementen in de publieke ruimte het welzijn van mensen in die publieke ruimte beïnvloeden en hoe positief of negatief die mensen ruimte ervaren. Aspecten als esthetiek, toegankelijkheid en veiligheid spelen daarbij een grote rol. Opvallend was dat de invloed van de aanwezigheid van andere mensen niet in het onderzoek was meegenomen. Ik ben wel benieuwd wat de uitkomst daarvan zou zijn geweest; worden we blij van publieke ruimtes in de stad die zijn ingericht om elkaar te ontmoeten? Om samen dingen te doen? Of willen we in de volgepakte stad toch ook af en toe juist geen andere mensen om ons heen hebben? En moeten we dat dan maar buiten de stad zoeken?

Interessant was dat er een VR experience ontwikkeld is, waarin verschillende scenario’s voor een omgeving, in dit geval een stadspark, geschetst worden; er wordt gespeeld met bijvoorbeeld de dichtheid van bomen. Op die manier kunnen verschillende toekomstige scenario’s ‘ervaren’ en beoordeeld worden.

Eigenaarschap creëren

De derde spreker was Laura Thomas, ontwerper en onderzoeker bij stedenbouwkundig bureau PosadMaxwan. Zij sprak over de nieuwe plannen voor een park in Dordrecht. Het doel was om met de nieuwe invulling van het park een gezonde manier van leven te stimuleren voor een diverse groep aan gebruikers. Om tot een visie voor die nieuwe invulling te komen is uitgebreid onderzoek gedaan naar onder meer gezondheidsdata, beleid, ruimtelijke kwaliteit en beleving, én zijn omwonenden nadrukkelijk betrokken in het proces; niet alleen om ook hun wensen en ideeën te horen, maar ook om eigenaarschap bij de bewoners te creëren.

De vraag rees, wat je als ontwerper zou moeten doen als betrokken gebruikers en omwonenden zeer tegenstrijdige wensen hebben, of zelfs met ideeën komen die het oorspronkelijke doel ondermijnen.

Tactical urbanism

Daar had de volgende spreker, Minouche Besters, senior adviseur bij Stipo, in mijn ogen een mooi antwoord op. Aan de hand van een case in Milaan illustreerde zij de ontwerpmethode ‘tactical urbanism’. Het stadsbestuur van Milaan greep tijdens de coronapandemie de gelegenheid aan om veranderingen in de openbare ruimte in hoog tempo te realiseren, onder meer met als doel het aantal auto’s in de binnenstad te verminderen, wat doorgaans op weinig enthousiasme kan rekenen.

Een ontwerper ging samen met de bewoners aan de slag om veranderingen in de publieke ruimte aan te brengen die tijdelijk van aard waren, als experiment. Met behulp van verf en plakband werden stoepen breder gemaakt, er werden bomen in bakken neergezet, een paar bankjes en een pingpongtafel erbij om het af te maken. Voor een half jaar. Als na dat half jaar er nog grote bezwaren waren, kon de verandering eenvoudig teruggedraaid worden. Wat bleek: de bezwaren waren verdwenen, als sneeuw voor de zon, waarop het stadsbestuur de tijdelijke aanpassingen heeft omgezet in een duurzame variant en zodoende jarenlange ontwerpprocessen en inspraakprocedures heeft vermeden.

Concluderend zou ik willen zeggen; het betrekken van gebruikers is altijd zinvol, zeker als we samen met die gebruikers het experiment aan gaan. Maar laten we als ontwerpers vooral ook niet vergeten te vertrouwen op onze verbeeldingskracht.

Anna Offermans is UX Lead bij Fabrique Amsterdam. Heb je vragen of wil je van gedachten wisselen met Anna? Neem contact op.